Het is bekend dat veel honden aan de zware kant zijn. Het is belangrijk om de hond op een goed gewicht te houden.
Overgewicht ontstaat nog altijd door meer te eten dan je lijf verbrandt. Maar tegenwoordig weten we dat er in de genen ook ‘aanleg’ kan zijn. Er zijn bepaalde rassen die sneller neigen tot overgewicht. Bij een aantal rassen is het dus gewoon oppassen voor de extra pondjes die kilo’s kunnen worden.
Want neem nou die lieve labrador, die lieve lobbes met zijn ronde lichaam……. veel labradors missen een gen waardoor ze niet stoppen met eten, ze hebben geen rem! Dit gen is een foutje in het DNA. Ris een wetenschappelijke studie gedaan naar dit gen. De onderzoekers verzamelden 310 labradors. Ze ontdekten dat labradors die DNA misten aan het uiteinde van het POMC-gen vaker bedelden bij hun eigenaren om voedsel, waren oplettender als hun eigenaren aten en waren vaker op jacht naar voedsel dat bijvoorbeeld op de grond was gevallen. Niet alle honden met deze variant van het POMC-gen hadden overgewicht (en er waren ook honden die deze variant van het gen niet hadden en toch te zwaar waren). Maar gemiddeld resulteerde een POMC-gen dat aan het uiteinde DNA miste in een gewichtstoename van twee kilo.
De rassen die genetisch gezien meer aanleg hebben
Basset Hound, Beagle, Boxer, Cairn Terrier, Cavalier King Charles Spaniel, Cocker Spaniel, Dobermann Pinscher, Golden Retriever, Labrador Retriever,, Schotse Terrier, Shetlland Sheepdog (Sheltie), Teckel, en de West Highland White Terrier.
Maar elke hond die te veel voeding krijgt en dit met smaak opeet zal wat extra pondjes te verwerken krijgen.
Gecastreerd
Uit een ander wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat honden die gecastreerd of gesteriliseerd zijn eerder de neiging hebben tot overgewicht. Het maakt niet uit of het een reu of teefje is. Daarnaast maakt het ook niet uit wat voor leeftijd de hond had bij de ingreep. Sommige baasjes “snappen” niet dat hun huisdier te zwaar wordt want hij krijgt ja niet zo veel voer! Maar als je dan na gaat wat er naast de voeding allemaal naar binnen gaat….
Sommige honden krijgen in de ochtend is een plakje brood, wat ik zeker sterk wil afraden, en gewoon bij elk kopje koffie wat lekkers dat is gezellig, dan nog wat na de wandeling en ga zo maar door. Vaak hoor je dan dat ze alleen gedroogde gezonde snacks krijgen maar die gedroogde snacks is puur vlees omdat daar het vocht ook al uit is gehaald. Dus de voedingswaarde is hoog van deze snacks. Nu ga ik niemand verbieden om de hond wat lekkers te geven maar geef dat met mate!
Knokkelmethode
Gewichtsaanduidingen van de ras standaarden zeggen niet alles. Al helemaal niet bij een kruising. Je kan ook niet altijd je hond op een weegschaal zetten. Daarom is de ‘knokkel-methode’ een heel handige zelftest om te bepalen hoe het gewicht van je hond is.
De knokkel-methode gaat in ieder geval uit van het voelen van de ribben van je hond. Dit doe je bij voorkeur als je hond staat of zit. Bij een liggende hond is het soms lastiger te voelen. Omdat zijn vacht, vel en vetlaagje door het liggen wordt weggedrukt.
Je voelt bij je hond, als het goed is, zijn ribben. Maar hoe weet je of je teveel of te weinig van de ribben voelt?
Daarvoor is deze ‘Knokkel-methode’ bedacht.
Als je een vuist maakt van je hand en je voelt met je andere hand over je knokkels. Dan voelt het als de ribbenkast van een hond die te mager is. Je kan bijna tokkelen op zulke ribben. Als dit gevoel hetzelfde is wat je bij jouw hond op de flanken voelt. Dan is je hond mogelijk op ondergewicht en vermoedelijk zie je de ribben en heupbeenderen ook heel sterk uitsteken.
Vervolgens houdt je je handpalm omhoog. Voel dan met je andere hand hoe de binnenkant ter hoogte van je knokkels aanvoelt (direct onder waar je vingers beginnen). Dit voelt veel zachter dan het voelen over je knokkels. Er zit meer vetweefsel op de binnenkant van je hand. Als de ribben van je hond ongeveer aanvoelen zoals je handpalm (direct onder je vingers). Dan is je hond waarschijnlijk te zwaar.
Lichaamsconditiescore
Het bepalen van de huidige Body Condition Score (BCS) van een hond op basis van een fysieke beoordeling. Dit is de meest nauwkeurige manier om te bepalen of een hond ondergewicht, ideaal gewicht, overgewicht of obesitas heeft. De BCS stelt vast of de caloriebehoefte moet worden verhoogd, verlaagd of gelijk moet blijven.

Ondergewicht
Honden met ondergewicht hebben een calorietoename nodig om het ideale lichaamsgewicht te bereiken. Het is belangrijk om onderliggende medische aandoeningen of parasieten uit te sluiten. Dit kan bij een dierenarts. Wanneer een hond ondergewicht heeft terwijl hij veel calorieën eet, is het advies om de ontlasting te laten onderzoeken. Als de gezondheid helder is, kunnen spijsverteringsenzymen in deze situaties nuttig zijn. Bovendien moet het dieet worden beoordeeld op voedingsgeschiktheid.
Voor honden die echt uitgemergeld zijn, moet een toename van de voedselinname heel langzaam worden benaderd. Dit kan onder begeleiding van een dierenarts of voedingsdeskundige.
Ideaal gewicht
De calorie-inname hoeft niet te stijgen of af te nemen als een hond het ideale lichaamsgewicht behoudt bij het consumeren van de huidige calorieën die het dieet levert. Daarom dient de totale hoeveelheid calorieën die het huidige dieet levert als uitgangspunt voor de caloriebehoefte bij de overgang van een volwassen hond naar een zelfbereid vers voedseldieet.
Overgewicht en obesitas
Honden met overgewicht en obesitas kunnen een combinatieaanpak nodig hebben om hun ideale gewicht te bereiken. De huidige calorie-inname moet worden geëvalueerd en binnen redelijke grenzen worden verminderd. Wanneer een hond ernstig zwaarlijvig is en een aanzienlijke vermindering van calorieën nodig heeft, moet dit geleidelijk worden aangepakt en niet allemaal tegelijk. Een toename van veilige lichaamsbeweging wordt ook aangemoedigd, vooral als de calorie-inname laag is. Af en toe zullen honden het nodige gewicht verliezen door simpelweg over te schakelen van koolhydraatrijk commercieel voer naar koolhydraatarm vers voer.
Sommige honden hebben mogelijk een dagelijkse calorie-inname nodig die lager is dan hun berekende waarde voor voedsel inname om af te vallen of hun ideale gewicht te behouden. Dit kan mogelijk leiden tot verschillende tekorten aan voedingsstoffen vanwege de extreem beperkte hoeveelheid voedsel. In deze gevallen wordt aanbevolen om het dieet te laten samenstellen door een professionele voedingsdeskundige om ervoor te zorgen dat het dieet meer geconcentreerd is in voedingsstoffen. Ik wil u daar graag bij helpen.
Naast het voelen van de ribben, bij voorkeur met behulp van de bovengenoemde ‘knokkel-methode’, is het ook goed om te kijken naar je hond:
- Heeft hij een relatief groot lijf ten opzichte van zijn poten?
Heeft hij extra vet (de ‘lovehandles’) rond zijn nek en op zijn onderbuik?
Als je van boven op je staande hond kijkt: ziet zijn lijf er vooral rond uit ?
Is je hond liever lui dan moe?
Heeft je hond moeite om een heuveltje op te lopen? Of een trap op te lopen? (qua conditie)
Hijgt je hond behoorlijk tijdens een beetje actie ?
Dit zijn allemaal signalen die wijzen op overgewicht en weinig conditie
Dit was een inleiding over gewicht van de hond.
Ik wil nu iets vertellen over het afvallen van de hond. Voor dat de hond gecastreerd gaat worden is het verstandig om de hond al langzaam terug te zetten in hoeveelheid voer, ongeveer 10%.
Activiteitsniveau
De hoeveelheid lichaamsbeweging die een hond op een dag doet, is een van de belangrijkste factoren die bijdragen aan de caloriebehoefte. Hoe actiever een hond is, hoe meer brandstof er nodig is om het lichaam van voldoende energie te voorzien om de biologische functie te behouden en het ideale lichaamsgewicht te behouden.
Activiteitsniveau | Duur van de activiteit |
---|---|
Sedentair | 0-30 minuten dagelijkse activiteit |
Lage activiteit | 30 minuten – 1 uur dagelijkse activiteit |
Matige activiteit | 1-2 uur dagelijkse activiteit |
Hoge activiteit | 2-3 uur dagelijkse activiteit |
Werk & Prestaties | 3+ uur dagelijkse activiteit |
Als je hond voor je staat, en je kijkt boven op zijn rug, moet je een taille kunnen zien. Bij honden met veel vacht of krullen is dat vaak iets lastiger: maar ook daar moet de welving van een taille te zien zijn.
Als je een staande hond van de zijkant bekijkt moet je een duidelijke welving aan de onderkant van zijn lijf zien. Dat wil zeggen: vanaf zijn borstkas naar zijn onderbuik (voor de achterpoten) moet het lijf vloeiend slanker worden. Bij langharige honden is dit lastig te zien: maar wel te voelen. Bij honden met overgewicht is deze welving een stuk minder of totaal afwezig en voel je een ‘zwembandje’ of erger: een spekbuikje
Brood?
Ik heb ook al kort verteld dat de hond eigenlijk geen brood moet eten, waarom dan niet?
Veel honden krijgen dagelijks een boterhammetje, gewoon als lekkere snack. Maar ze zijn doorgaans niet zo groot, wat betekent dat een aanzienlijk deel van hun dieet wordt uitgemaakt door dat ene sneetje brood. Doordat een hond de koolhydraten niet goed kan verwerken, leidt dit dus tot grote hopen poep. Het product wordt namelijk grotendeels onverteerd het lichaam weer uit gewerkt.
Koolhydraten en zetmeel worden in het lichaam verteerd door het enzym amylase. De wolf echter, had maar heel, heel weinig informatie in zijn genen voor de aanmaak van deze stof. Uit onderzoek (2013) blijkt, dat honden echter iets meer aangepast zijn dan de wolf. Zij hebben meer van deze informatie in de genen, al maakt dit de hond verre van een koolhydraten-eter. Ze kunnen brood dus ietsje beter verteren dan de wolf, maar nog steeds zien we maar weinig opname van voedingstoffen. Het kan zelfs tot gezondheidsklachten leiden.
Prima toch, zal je denken. Dan kan het dus ook geen kwaad. Helaas is dit niet waar. Producten waar het lichaam weinig tot niets mee kan, kunnen voor irritatie en andere problemen zorgen. Wanneer de darm aangetast raakt, kan deze minder goed zijn werk doen. Het kan dus voorkomen, dat je hond ook zijn andere voedsel niet goed meer kan verwerken door de stoorzender van een dagelijks sneetje brood. Hiernaast ontwikkelen sommige dieren een overgevoeligheid of allergie voor brood en soortgelijke producten. Het lichaam kan er niets mee en kan daardoor in verzet komen. Eruit! Dit kan zorgen voor maagkrampen, een opgeblazen buik, flatulentie (scheten laten) en dunne ontlasting. Maar ook problemen zoals huiduitslag en jeuk komen voor.
Sperziebonen geven om af te vallen?
Ook horen we nog vaak dat dierenartsen vertellen dat de hond best wat sperziebonen kan krijgt bij zijn voer om een vol gevoel te creëren met minder brok. Ook dit raadt ik af.
Omdat er een deel van de brok wordt vervangen door sperziebonen wordt ook een deel van de voedzame bestanddelen en essentiële bestanddelen weg gehaald. Voedingsstoffen die de hond wel nodig heeft dus.
Sperziebonen zelf zijn peulvruchten. Peulvruchten bevatten anti-nutrienten, dit zijn stofjes die de plant helpen om zich te beschermen. De boontjes in de peul zijn de nieuwe plantjes voor de toekomst en om deze vruchtjes goed te beschermen worden er saponinen aangemaakt. Deze stoffen kunnen de eiwitten in de darmen beschadigen die regelen of een bepaalde voedingsstoffen wel of niet het lichaam binnen mogen treden. Door het aantasten van deze eiwitten kan de doorlaatbaarheid van de darm te groot wordt, ook kunnen er stoffen het lichaam binnen dringen die bij een intacte darm tegen gehouden zouden worden. Het is niet zo dat de hond er direct ziek van wordt maar er kunnen wel laag-gradige ontstekingen veroorzaakt worden. Deze ontstekingen die niet wroden opgemerkt door bloedonderzoek kunnen er wel voor zorgen dat de hond een lagere afweer krijgt waardoor de hond vatbaar is voor ziektes
Daarbij komt ook nog dat veel eigenaren vaak sperziebonen geven uit blik waar veel te veel zouten etc in zitten en ze zijn al verhit geweest en weer afgekoeld waardoor er ook resistente zetmeel in de boontjes zit. Resistent zetmeel is moeilijk verteerbaar voor de hond, dit krijg je ook bij afgekoelde rijst. Dus als je een keer rijst of sperziebonen geeft aan de hond geef het vers!!
Afvallen stap 1:
Geef de hond liever wat minder voer of een ander soort voer of KVV met minder vetten, of brok met minder vetten als light of low energie brok. Geef de hond voer voor het gewicht wat het zou moet gaan wegen. Het wel verstandig om goed verteerbare eiwitten te geven, dit heeft de hond nodig om zijn spieren in optimale conditie te houden.
Een grote misvatting die veel eigenaren maken is dat ze denken dat een kilootje teveel geen drama is… ik bedoel: dat hebben wij zelf vaak ook. Maar bedenk je dat 1 kilo voor een gemiddeld persoon van 75 kilo ongeveer 1,5 % lichaamsgewicht is… dat is geen drama inderdaad.
Maar bij een hond is die verhouding anders, bijvoorbeeld:
Bij een hond van 35 kilo, is 1 kilo 3 % van zijn lichaamsgewicht, dat is behoorlijk veel
Bij een hond van 20 kilo is 1 kilo zelfs 5% van zijn lichaamsgewicht (ter vergelijk: dat zou voor de persoon bijna 4 kilo zijn)
Bij een hond van 10 kilo, is 1 kilo 10% van zijn lichaamsgewicht !! Als je dat vergelijkt met de persoon: dat zou bijna 8 kilo zijn !
Je hoeft echt niet alle snacks achterwege te laten: maar bedenk wel dat er vaak in snacks veel calorieën zitten: kies dus voor gezonde en licht-verteerbare snacks, zoals puur gedroogd vlees. De hippe vrolijke commerciële verpakkingen met snacks bevatten vaak veel calorieën (soms zelfs suiker!) en doen meer kwaad voor je hond dan je waarschijnlijk lief is. (denk aan dentastick waar heel veel suiker in zit)
Stap 2: de voerbak
Als je de snacks terugbrengt scheelt dat al heel veel. Maar misschien krijgt je hond toch dagelijks snacks, of trainingskoekjes omdat je je hond wil laten kluiven, of omdat je dagelijks traint met je hond en hem wilt belonen. Prima: maar haal dan sowieso een deel van zijn dag hoeveelheid aan voeding eraf. Hoeveel? Dat is een inschatting, afhankelijk van hoeveel je hond aan extra’s krijgt, maar 10 tot 20% minder voer is niet gek om mee te beginnen.
Je gaat dus simpelweg 15% tot 20% per dag minder voer geven. Als je hond nu 300 gram brokjes per dag krijgt, geef je hem vanaf morgen bijvoorbeeld 250 gram per dag.
En dan ga je kijken wat het effect is na een week of wat. Je hond zal in het begin misschien wat hongeriger lijken: en zolang hij niet probeert het tapijt op te eten van de honger is dat niet zo heel erg. Na een paar weken zal je merken dat je hond slanker wordt (mits je niet gaat compenseren met meer snacks natuurlijk).
Als je hond té dun gaat worden (testen met de knokkel-methode) schroef je de voerhoeveelheid iets op: niet meteen met 20%, maar bijvoorbeeld met 5% meer.. je gaat van 250 gram naar 260 gram of 265 gram.
Tips:
1. Fabrikanten plaatsen op een verpakking voer bijna altijd een schema met geadviseerde hoeveelheid per dag. Als je een brok geeft kan ik je nu al adviseren om dit schema niet blindelings te volgen! De fabrikant gaat namelijk uit van een gemiddelde hond, daarnaast zijn de tabellen op de zakken brok vaak erg hoog ingeschat, waardoor de hond dus gewoon te veel krijgt. Kortom: je geeft zomaar 5 tot wel 10% teveel per dag!
2. Laat de hond knagen op een calorie arme snack: geef de hond een koffieboom kauwwortel!
Het is een duurzame, harde en natuurlijke kauwsnack. Heeft het dan iets met koffie te maken? Geef je je hond koffie? Nee hoor, gelukkig niet, het is de wortel van de koffieboom. Het is helemaal zonder toevoegingen, vegetarisch, hypo-allergeen, cafeïnevrij en gaat heel erg lang mee! De wortel wordt steeds een beetje kleiner als je hond erop kauwt.
Deze 100% natuurlijke kauwtraktatie is goed voor het gebit en darmen van uw hond. De vezels bevorderen de darmwerking, terwijl door het kauwen op de koffieboom kauwwortel het gebit schoon en gezond blijft. De koffieboom kauwwortel is duurzaam, onbewerkt, cafeïnevrij, bevat geen toevoegingen en is daardoor dus ook geschikt voor honden met een allergie.
De koffieboom kauwwortel is een natuurproduct en dus niet onverwoestbaar.
Als de hond de koffieboomwortel niet interessant vind kan je de koffieboom even tussen de brokken leggen, of in bijvoorbeeld bottenbouillon zodat de wortel meer smaak krijgt.
